Verbazing! Zo meldde vorige week Jack Tsang van GroenLinks aan de raadsvergadering. Over de spierballenretoriek van zowel burgemeester Opstelten als minister Peijs tijdens de stadsregio- conferentie RR2020 enkele dagen daarvoor. Aan het college daarom de vraag: Gaat u op korte termijn actie ondernemen?

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

MONDELINGE VRAGEN GROENLINKS
aan het college van B&W
tijdens de raadsvergadering 11 mei 2006

 achtergrondinfo: MER-rapport (PDF)

 
Geachte wethouder,

Laat ik u eerst even laten delen in mijn verbazing van afgelopen woensdag. Ik nam deel aan een conferentie van de stadsregio over de RR2020.
Minister Dekker zou het uitvoeringsprogramma uit handen van Ivo Opstelten voorzitter van de regioraad in ontvangst nemen.

Mijn verbazing ging vooral over de stijl van zowel de heer Opstelten als de minister toen er over de A4 gesproken werd. Spierballenretoriek!

In de ochtend had de minister nog even overlegd met de top van de regio en vervolgens kregen aanwezigen in de middag te horen dat het vooral om samenwerking ging, maar dan wel zo, dat er gedaan werd wat het DB van de regioraad met de minister had afgesproken.
Het moest nu maar eens uit zijn met dat gepraat. Doen, daar kwam het op neer.

Eerlijk gezegd kan ik mij dat soms wel eens voorstellen. Alleen nu nèt niet bij de A4-discussie waar de minister zelf, lees Rijkswaterstaat, een onafgebroken rij van verkeerde informatieversterkingen heeft geleverd, waardoor er, steeds maar weer opnieuw, naar gekeken moest worden. Afgelopen periode heeft de minister het gepresteerd voor 15 maanden vertraging te zorgen in de besluitvorming.

Wethouder, heb ik het goed begrepen dat de adviescommissie Integrale Ontwikkeling tussen Delft en Schiedam (IODS) op 21 april 2005 de minister een advies heeft uitgebracht zonder dat daarin het definitieve toetsingsadvies van de commissie MER is betrokken?
Dat kon natuurlijk ook niet, wat dat advies kwam pas op 24 januari 2006.
Dat de aangedragen informatie van Rijkswaterstaat u allen op het verkeerde been gezet heeft, en dat u nu probeert in het IODS de aangepaste versie van de Trajectnota, de vierde versie, en het advies van de commissie voor milieueffectrapportage (commissie MER) alsnog te bespreken?

Wethouder, heb ik het goed begrepen dat de commissie MER in haar definitief toetsingsadvies over de milieueffectrapportage (ook wel Trajectnota genoemd) een opzienbarend rapport heeft uitgebracht? Een rapport dat bepaald geen pleidooi houdt voor de aanleg van de A4.

Laat ik duidelijk zijn: de werkgroep MER van de commissie voor de milieueffectrapportage wordt voorgezeten door Dick Tommel, u allen bekend. Hij werkt samen in de werkgroep met een zestal deskundigen waaronder prof. Dr. ir. Van der Heijden, een specialist op het gebied van personen en goederenvervoer in relatie tot de ruimtelijke planning van infrastructuren.
Kortom, geen clubje dat zomaar wat roept. Klopt het nu als de minister zegt dat de A4 er op korte termijn gaat komen, zij in feite het toetsingsadvies van de commissie MER in de prullenbak gedeponeerd heeft?

Wethouder heb ik bovendien goed begrepen dat dit toetsingadvies niet door de IODS besproken is?
Ik zeg dit omdat, als je het verhaal leest, het wel echt van de gekke moet zijn om de A4 noord zomaar aan te gaan leggen.
Ik citeer een paar voorbeelden uit het rapport dat op 24 januari 2006 op haar verzoek aan de minister is aangeboden.

• Pag. 2 De vernietiging van de provinciale ecologische hoofdstructuur het grootste is bij de A4-varianten.

• Pag. 3 Naar de mening van de commissie de relatief grote aantasting van de landschappelijke waarde bij de a4- varianten nadrukkelijker in beeld hadden moeten komen.

• Pag. 3 De kosten van mitigerende (in gewoon Nederlands:” verzachtende” ) maatregelen in een latere fase nog moeten uitgewerkt en dat deze een belangrijk aandeel kunnen vormen van de uiteindelijke kosten.

• Pag. 7 In de aangepaste MER wordt aangegeven hoe is om te gaan met de kosten van mitigerende maatregelen. Aangegeven is dat hiervoor een zeer globale indicatie van kosten is opgenomen. Dit betekent dat de uiteindelijke kosten ( bijvoorbeeld voor lucht of compensatie Ecologische Hoofdstructuur (EHS) nog een belangrijk aandeel kunnen gaan vormen van de kosten.

• en ga zo maar door...

Wethouder, laat ik nu ook de minister horen zeggen dat zij 511 miljoen ter beschikking heeft en dat de rest maar door de belanghebbenden moet worden opgebracht. Gaat het college rekening gehouden met de financiële consequenties van zo’n uitspraak?

Ik heb nog wel 10 vragen college, ik zal ze u in een later stadium doen toekomen. Vandaag zou GroenLinks willen weten of u op korte termijn actie gaat ondernemen? En zo ja, wat zijn de plannen?

Jack Tsang,
namens fractie GroenLinks Vlaardingen.

mei 2006